Hieronder treft informatie aan m.b.t. geluid opgesteld door ons bureau en/of derden.
(Gebruik van deze informatie is geheel voor eigen risico, er kunnen op generlei wijze rechten of claims aan ontleend worden).
TRILLINGSMETINGEN (o.a. METHODE C6) De wanden en vloeren die in trilling worden gebracht zullen geluid afstralen hetgeen te berekenen is in de hieronder gegeven relatie.
Lw = Lv + 10*log s + 10*log S – 34
Het diffuse geluidveld in een ruimte veroorzaakt door de afstraling van een trillend vlak kan bepaald worden middels de hieronder gegeven formule.
Lp = Lv + 10*log s – 10*log (A/4*S) – 34
waarin:
Lw = geluidvermogenniveau in dB
Lp = het geluiddrukniveau in dB
Lv = snelheidsniveau in dB t.o.v. 10-9 [m/s]
S = oppervlak van de wand of vloer [m2]
A = absorptie in de ruimten (m2 O.R.)
s = afstraalfactor
Veelvuldig wordt het versnellingsniveau bepaald met als referentiewaarde 10-6 [m/s2]. De formules luiden dan als volgt.
Lw = La + 20*log(1/2pf) + 10*log s + 10*log S – 26
Lp = La + 20*log(1/2pf) + 10*log s – 10*log (A/4*S) – 26
Waarin:
La = het versnellingsniveau in dB t.o.v. 10-6 [m/s2]
f = frequentie in Hz
De afstraalfactor is één boven de coïncidentie-frequentie (grensfrequentie) van het materiaal omdat de snelheid van de buiggolven dan hoger is dan de geluidsnelheid. Beneden de coïncidentie-frequentie is de snelheid van de buiggolven lager dan de geluid-snelheid in lucht. Dit betekent dat er weinig energie wordt overgedragen. In figuur 10.1. is e.e.a. grafisch toegelicht.
.